LinkedInYouTubeTwitter

Verduurzamen

Elke vastgoedeigenaar dient haar ambitie en doelstellingen ten aanzien van duurzaamheid te bepalen. Minimaal doel moet zijn om conform het Energieakkoord Energieneutraliteit uiterlijk in 2050 te bereiken.

De panden dienen waar mogelijk te voldoen aan de duurzaamheidsdoelstellingen van de eigen organisatie. Het verduurzamen van gebouwen kan bereikt worden door het treffen van maatregelen in de volgende richtingen:

  1. Reductie van energieverbruik en CO2-uitstoot
  2. Beperken van de milieubelasting en tegengaan van de uitputting van grondstoffen
  3. Gezonde, bruikbare gebouwen met toekomstwaarde in de vastgoedportefeuille

De fysieke en financiële impact van het energieneutraal maken van het totale bestaande gebouwenbestand is echter groot waardoor gekozen kan worden voor een realistische kosteneffectieve aanpak, waarbij de netto contante waarde positief is. Daarbij wordt het Energieakkoord 2013 als ondergrens gehanteerd, dit wil zeggen: twee labelstappen in 2020, label A in 2030 en energieneutraal in 2050. Bovendien geldt dat deze ondergrens steeds als “gemiddeld” wordt genomen over het totale gebouwenbestand. Dit om voldoende ruimte te creëren voor een kosteneffectieve aanpak. De kosteneffectieve aanpak kent de volgende uitgangspunten:

  • minimaal verduurzaming van de kernportefeuille (focus)
  • realistische afschrijftermijnen op basis van de levenscyclus van de gebouwen (exploitatie)
  • maatregelen worden zo dicht mogelijk tegen het onderhoudsmoment geprogrammeerd (dan is er maximaal gespaard)
  • inzetten energiewinst (centraliseren energiebeheer, split incentive afspraken met de gebruikers)
  • voor de onrendabele top worden de kansen voor subsidies zoveel mogelijk benut en algemene middelen ingezet.

Deze aanzet kan nog op allerlei punten worden aangevuld en verbeterd. Dat doen we o.a. op 17 maart 2016 tijdens de bijeenkomst over Spelregels verduurzaming.