Benchmark met impact

Aedes laat zien hoe je anno 2016 kunt benchmarken. Een mooi voorbeeld, ook voor andere maatschappelijke sectoren. Kwestie van afspraken maken.

De impact van de Aedes-benchmark is groot. Vooral omdat er zoveel corporaties meedoen (309, met samen maar liefst 97,5% van alle corporatiewoningen). Dat geeft de benchmark enorm gezag. Betrokkenen willen weten; hoe hoog scoort mijn corporatie op de ranglijst?

Wat kunnen we ervan leren?
De solide wijze waarop de corporatiesector de benchmark heeft vormgegeven is ronduit bewonderenswaardig en verdient ook voor andere sectoren navolging. Natuurlijk is het product ‘wonen’ eenvoudiger meetbaar te maken dan het vastgoed in bezit van overheid, onderwijs en zorg. Maar de belangrijkste opgave is om goede afspraken te maken over welke definities je hanteert en hoe je zaken meet.

Corporaties meten hetzelfde
De Aedes-benchmark bestaat uit vijf onderdelen. Corporaties meten:

1. het huurdersoordeel
2. de bedrijfslasten
3. onderhoud & verbetering
4. duurzaamheid
5. beschikbaarheid & betaalbaarheid

De benchmark kan geraadpleegd worden tot op het niveau van alle individuele deelnemers. Elke deelnemer krijgt een ‘benchmarkpositie’. Deze varieert van koplopers tot staartgroep. Bouwstenen-partner Ymere bevindt zich in de Koplopers-groep van de grote corporaties (25.000 plus). 

Betere prestaties
Wat opvalt in deze benchmark, die nu voor de derde keer wordt uitgevoerd, is dat de prestaties van corporaties over de gehele linie van wat wordt gemeten is toegenomen. De bedrijfslasten gaan (stevig) omlaag, terwijl het huurdersoordeel (licht) stijgt. Mogelijk speelt de benchmark daar een rol bij. Veel corporaties willen hoog op de ranglijstjes staan.

Voor het eerst blijkt dat de grote corporaties (iets) goedkoper zijn dan de kleiner corporaties. Bij eerdere benchmarks bleek nog het omgekeerde. Toen waren de kleinere corporaties goedkoper.

Afspraken maken
Kees Vendrik, collegelid Algemene Rekenkamer, haalde het al aan tijdens onze Najaarsbijeenkomst: “Een eeuw geleden hebben we in heel Nederland afgesproken dat we één tijd hebben. Regel het als openbaar bestuur dan ook dat je stappen zet in je dataverzameling.” Corporaties doen dat in hun benchmark en gebruiken bijvoorbeeld ook een eenduidige set vragen aan huurders, die los staat van wie het meet. Dat zou de maatschappelijk vastgoed sector ook kunnen doen. 

Verschillende initiatieven

In de lande lopen, naast de bestaande benchmarks (zie overzicht website) verschillende initiatieven voor nieuwe vastgoed-benchmarks, onder andere voor gemeenten en onderwijs. Bouwstenen was samen met chefs vastgoed mede-initiatiefnemer van de doorstart van de IPD benchemark voor gemeenten, die nu (los van Bouwstenen) verder wordt ontwikkeld door TIAS/Republiq en waarvan de eerste resultaten tijdens onze Najaarsbijeenkomst zijn gepresenteerd. 

Meer informatie

• Informatiepagina rond Benchmarks, met o.a.
  • Rapportage Aedes Benchmark 2016, incl. bijlage Individuele benchmarkpositie corporaties (Aedes, november 2016)
  • Resultaten Benchmark Gemeentelijk Vastgoed, incl. infographic o.b.v. veertien gemeenten (TIAS en Republiq, december 2016)
• Publicatie ‘In Control 2016’, rond informatiesystemen voor vastgoed- en facility management (Bouwstenen, december 2016)
• Bespreking benchmark TIAS/Republiq tijdens najaarsbijeenkomst op 1 december 2016