Groot onderhoud (ook wel ingrijpende instandhouding)
Een algemeen gehanteerd, niet gespecificeerd begrip waarmee die instandhoudingsactiviteiten worden aangeduid, welke onderdeel uitmaken van de planmatige, preventieve instandhouding van een vastgoedobject, maar die zich van de overige werkzaamheden onderscheiden door hun incidentele en ingrijpende karakter, waarbij echter de ingreep zich beperkt tot enkele (omvangrijke) bouwdelen en niet integraal het gehele prestatieniveau optrekt. Groot onderhoud wordt ook wel samengevoegd met de begrippen verbetering tot groot onderhoud en verbetering. In dat geval beperken de activiteiten zich vaak niet tot de instandhoudingswerkzaamheden, maar hebben dan eveneens betrekking op het reduceren van de onderhoudskosten en de verlenging van de levensduur van het object. Gedacht kan hierbij worden aan het na vele jaren cyclisch vervangen van kozijnen, vernieuwing sanitaire voorzieningen, elektrische bedrading, dakbedekking en dergelijke. Er is sprake van een verschil met het begrip renovatie. Bij groot onderhoud (ook wel ingrijpende instandhouding) gaat het om de samenvoeging van op zich afzonderlijke bouw- en installatie-technische aanpassingen in verband met het bereiken van het einde van de technische levensduur van de betreffende bouwdelen. Bij renovatie staat de integrale benadering van het verhogen van het prestatieniveau voorop en spelen vooral ook commerciële overwegingen daarbij een rol.